zaterdag 2 november 2024

Democratie op zijn Gents

Mark Elchardus heeft recht op zijn mening (De Morgen, 2 november 2024) maar voor een prof sociologie lijkt me zijn invulling van het begrip democratie toch wat eng. In zijn kritiek op de nieuwe verkiezingsregels die de Vlaamse regering 4 jaar terug stemde en waar we nu de gevolgen van merken kan ik voor een stuk meegaan, grondige bijsturing is zeker aan de orde. Maar zijn kijk op het afwijzen van het bestuursakkoord dat vorige week aan de Vooruit-leden werd voorgelegd getuigt niet meteen van veel begrip over wat zich in Gent heeft afgespeeld. 

[de directe aanleiding voor het schrijven van deze tekst was inderdaad de bijdrage van Mark Elchardus in De Morgen maar is meteen een antwoord of commentaar op heel wat artikels die in de Vlaamse pers en op sociale media verschenen over het wegstemmen van het bestuursakkoord.]

Het klopt natuurlijk dat de tekst niet het product is van een partij maar van het kartel van Vooruit en Open Vld dat de meeste stemmen haalde. Dat een meerderheid van de Vooruit-leden, die over het akkoord kwamen stemmen, het ‘plots’ eenzijdig afwijzen, lijkt voor velen uit de lucht komen te vallen. Wij Gentenaars weten wel beter. Heel wat leden van Vooruit zijn al 2 jaar kwaad over de vorming van dat ‘onnatuurlijke’ kartel, zelfs zij die zich de laatste 12 jaar niet altijd konden vinden in bepaalde bestuursmaatregelen rond bijvoorbeeld mobiliteit, die ze te Groen gestuurd vonden. Voor hen was het duidelijk dat het kartel er gekomen is onder druk van hun voorzitter. Dat de Gentse socialisten Conner Rousseau niet meteen wandelen stuurden met zijn paarse droom heeft wellicht te maken met (verdiende) dankbaarheid voor het nieuw leven dat hij in de gehavende SPa bracht. Argwaan waarde door de gangen maar Rousseau kreeg het voordeel van de twijfel: Open Vld was zienderogen aan het krimpen, Vooruit keek uit op een remonte. De redenering werd: misschien dat het sociaal programma van de socialisten dan redelijk ongeschonden kon stand houden binnen het nieuwe kartel, ook al ging dat ten koste van de (niet altijd makkelijke maar wel vruchtbare) samenwerking met Groen. Groen zou hoe dan ook de eerste optie blijven in een toekomstige te vormen coalitie. Maar steentje in de Gentse schoenen blijft Conners kaping in 2021 van hét symbool van de Gentse sociale strijd: de naam Vooruit. Toen schreef ik ergens op de sociale “dat gaan de Gentenaars onthouden, Conner”. Awel… En dan groeit, vooral sinds zijn heropstanding uit zijn “bezinningsretraite” na een onsocialistische uitlating teveel, het beeld dat Rousseau tegenwoordig toch wel erg graag optrekt met ene Bart De Wever. En de irritatie houdt niet op: waar Gentenaars het ook lastig mee hebben is het overmatig centralisme en dirigisme van de hedendaagse partijpolitiek waar ook Vooruit niet aan ontkomt. Bemoeienissen vanuit Brussel werken in Gent als een rode lap op een stier. Het zit niet in ons DNA, om het nog maar eens met die verfoeide beeldspraak duidelijk te maken. Voor mijn part mag DNA vervangen worden door ‘karakter’ of ‘ziel’. Sommige commentatoren vinden ‘het rebelse karakter van de Gentenaar’ een mythe maar historisch is het zeker reëler dan de Vlaamse glorieuze identiteit van 1302 die nationalisten ons nog steeds proberen in te lepelen. Wij Gentenaren zijn het gewend om onszelf te organiseren “gelijk of da-me da zelve pijze”. Wij moeten niet van bovenaf verteld worden hoe we moeten leven. 

Het middenveld, Groen (en heel wat leden van Vooruit) vinden de garanties voor een progressief en sociaal beleid in de huidige versie van het bestuursakkoord niet sluitend. Maar zolang er met Groen gepraat werd zouden de onderhandelaars wel tot een akkoord komen… dacht men. Tot de stekker uit die gesprekken werd getrokken door… haha, dat gaan wij, gewoon straatvolk, niet te weten komen. Groen zegt dat het Voor Gent was en volgens Voor Gent (en hun supporters) waren het de Groen-onderhandelaars. Kan ons ook niks schelen: wij hebben er schoon genoeg van. Stilaan denken we hier de speelbal te zijn of de pasmunt in een koehandel tussen voorzitters Conner en Bart en daar passen wij voor. Die twee mogen Vlaams of federaal samen hun gang gaan, en als ze daar goesting voor hebben mogen ze Antwerpen en Sint-Niklaas zelfs fusioneren, voor zover hun achterban daar ook zin in heeft, maar dat ze met hun fikken van Gent blijven! Hun machtsspel op federaal of regionaal niveau moeten ze ginder uitvechten, daar hebben ze hier niets mee te zoeken.

Wel, meneer Elchardus, u schrijft terecht: 

Voor Gent onderhandelde een bestuursakkoord met N-VA. Dat werd verworpen, niet door de fractie Voor Gent maar door de leden van een van de partijen die het kartel vormden, Vooruit.” 

Maar dan: 

Waarom zouden de leden van een partij die zelfs niet bij de verkiezingen opkwam en evenmin als partij in de gemeenteraad zetelt mogen beslissen over welke bestuurscoalitie wordt gevormd? Waarom die beslissing dan niet overlaten aan bijvoorbeeld de Koninklijke Fanfare De Eendracht van Anzegem? Die heeft met Vooruit gemeen dat zij ook niet opkwam in Gent.” 

Wel, omdat er over het bestuursakkoord wellicht wel tot een iets beter compromis was gekomen met nog enkele dagen armworstelen. Dat dumpen van Groen voor N-VA was in het licht van al het voorgaande de druppel. Nu en dan moet democratie van onderuit ingrijpen om te verhinderen dat de interne partijdemocratie volledig wordt uitgehold door leiders die stilaan de voeling met hun basis verloren hebben en blijk geven van er een geheel eigen agenda op na te houden. Democratie is toch wel meer dan eens in de 6 jaar recht hebben om een bolletje bij een partij zetten en dan weer 6 jaar zwijgend ondergaan wat de verkozenen onder druk van hun leiding bedisselen. De vis waar u het over hebt, meneer Elchardus, is al jaren terug beginnen rotten en dan moet de oorzaak weg gesneden worden. Dat is het signaal dat links Gent gegeven heeft.

 

zaterdag 17 augustus 2024

Brusselmans' poging om afgestompte geesten wakker te schudden pakt verkeerd uit

 

Het mediacircus rond wat ondertussen de zaak Herman Brusselmans heet is nu wel in een heel andere (en gevaarlijke) dimensie beland. Laat ik meteen verwittigen dat ik de volledige column van Brusselmans, wegens geen Humo-abonnement, niet gelezen heb (maar dat hebben zo te zien de meeste querulanten in dezen ook niet) en dat ik mijn opwerpingen met gepaste bescheidenheid hoor te uiten. Toch lijkt het me nu wel hoog nodig al dat hysterisch gestook in perspectief te plaatsen. Ook al is de “doodsbedreiging” aan het adres van Humo adjunct-hoofdredacteur Matthias Vanderaspoilden, Brusselmans zelf en hun omgeving wellicht het werk van een onnozele clown die zich interessant wil maken, dit is van een heel andere orde dan wat de gewraakte column inhoudt en de mediadiscussie die zich ondertussen meer dan een week ontsponnen heeft. Nu gaat het wel degelijk om rechtstreekse doodbedreiging. Het verschil? Wat Brusselmans in het geheel van letterlijke citaten die ik las poneerde, was een verbeelding van een emotie waarin geen intentionele dreiging staat. Weinig subtiel, maar ook niets meer. Pas in de De Morgen van vrijdag 16 augustus (na 10 dagen heisa tot in de buitenlandse pers) heeft eindelijk iemand (Leo De Bock) de moed gehad om de belangen die spelen bij het moedwillig uit de context interpreteren van één zinnetje en daar meteen een juridische klacht aan te verbinden centraal in het debat te zetten. In tegenstelling tot de meeste andere commentatoren leest De Bock wat er staat, iets wat vandaag blijkbaar niet meer tot de vaardigheden van de gemiddelde burger behoort. Ondertussen is er dus die dreigpost op Instagram bekend gemaakt. Laat wat hier gebeurt nu net datgene zijn waar Brusselmans ons met de neus op duwt: hij verwoordt zijn eerste buikgevoel bij nieuws over alweer zoveel kinderen die vermoord werden door de Israëlische oorlogsmachine die, ongehinderd door de wereldwijde verontwaardiging van miljoenen en de veroordeling door het Internationaal Gerechtshof in Den Haag, dag na dag zijn meedogenloze slachtingen kan blijven aanrichten.

Het woord ‘buikgevoel’ is belangrijk in het begrijpen van die tekst want dit is wat Brusselmans uitdrukt, daar kan echt niet naast gelezen worden. Hij maakt melding van iets wat wij allen voelen bij confrontatie met groot onrecht dat ons of onschuldigen wordt aangedaan. Gelijkaardig buikgevoel heeft ook niet alleen Israëlische burgers en Joden van over de hele wereld gevoeld bij de eerste beelden van de laffe terreuraanval van Hamas op 7 oktober, ook burgers van alle nationaliteiten en gezindten over de hele wereld hebben net hetzelfde gevoeld. Wellicht zullen deze mensen dit gevoel duiden als machteloze woede of zelfs agressie, eventueel vergezeld van wraakgevoelens die in ons brein ook visueel kunnen verbeeld worden.

Maar een buikgevoel is slechts de eerste instinctmatig gestuurde gewaarwording die ons “overkomt”. Het is een fundamentele eigenschap van de mens (en bij uitbreiding in zekere mate van minstens enkele andere zoogdieren), de basis voor empathie en solidariteit. Het is wat ons mens maakt en ons als soort helpt te overleven. Doorgaans communiceren wij dit eerste gevoel niet expliciet naar de buitenwereld, al zeker niet in het openbaar. Wij doorlopen eerst de fase van reflectie alvorens over te gaan naar (re)actie (in woord of daad). In het geval van bijvoorbeeld onmiddellijk gevaar zal ons instinct ons aanzetten de reflectiefase over te slaan. Maar een overweldigende emotie kan reflectie ook wel eens in de weg zitten of door simpelweg intellectuele luiheid kom je misschien niet aan het eerlijk in context plaatsen toe.

Terug naar Brusselmans. Wat hij doet is de doorgaans verborgen 1ste fase van woede met in dit geval extreem plastisch verwoorde wraakbeelden ongefilterd neerpennen. Brusselmans is geen uil, hij beseft heel goed dat hij hier de grenzen opzoekt van het toelaatbare maar gaat er net niet over. Hij provoceert in dit geval niet gratuit maar toont expliciet welke sentimenten bespeeld en opgepookt worden door beide kampen, zowel Hamas als de Israëlische overheid en hun beider aanhangers. Bij uitbreiding is dit het mechanisme dat we telkens zien terugkeren bij alle extreme vormen van “politieke” actie. Natuurlijk weet Brusselmans dat ‘de Joden’ op geen enkele manier verantwoordelijkheid dragen in de moorddadige acties van het Israëlische leger in Gaza en de gewelddadige landroof door de kolonisten van de Westelijke Jordaanoever. Hij kent duidelijk het verschil tussen de Joden overal ter wereld, Joodse burgers in Israël, de Israëlische overheid en de Zionistische activisten. Maar die kennis interfereert slechts na zijn eerste woedeoprisping (mogelijks al na een fractie van een seconde). Alleen weet Brusselmans ook dat al die gelijkhebberige commentaren op de vreselijke slachtingen ondertussen nog nauwelijks gelezen worden en wegens gewenning eerder onverschilligheid aanmoedigen. Met zijn column schopt hij heel even de geesten weer wakker. Dit beoogde effect is nu wel vele malen sterker dan bedoeld uitgepakt en vooral in de verkeerde richting: het gaat niet meer over het onmetelijke onrecht tegenover burgers, over de moord op kinderen dat wordt afgedaan als proportionele collateral damage maar over Brusselmans' vermeende antisemitisme. Dit is het enige wat men Brusselmans kan verwijten: zijn verkeerde inhoudelijke inschatting van het debat dat hij in gang gezet heeft. Benieuwd welke advocaat hier een geloofwaardige zaak over kan opzetten.

En ter overweging: ik hoor zowel vanuit wat ik enkel extremistische joods-zionistische lobbygroepen als weldenkende burgers die ergens met plaatsvervangende restschaamte over..., welja, antisemitisme en de holocaust die niet alleen Duitsland maar heel Europa of de Westerse democratie heeft getekend, blind de wraakacties tegen de hele Palestijnse bevolking gedogen, goedpraten. Elke kritiek daarop of uiting van steun aan de opgejaagde Gazaanse bevolking wordt gebrandmerkt als antisemitisme. Dat de Israëlische regering precies doet wat Brusselmans hier demonstreert, namelijk een hele bevolkingsgroep, (burgers -mannen, vrouwen, kinderen, babies, zonder onderscheid), een hele etniciteit gelijkschakelen met terroristische daden van een militie, wordt niet gezien. Dat Hamas zijn invloed dankt aan decennialange onderdrukking van de Palestijnse bevolking wordt graag vergeten. Niets kan de terroristische moordpartij van 7 oktober 2023 tegen Israëlische burgers -kibboetsbewoners en festivalgangers- vergoelijken. Maar de niets ontziende slachting in Gaza die erop volgde en tot op vandaag voortduurt is niets minder dan Israëls eigen versie van etnische zuivering ofte genocide. 

woensdag 9 augustus 2023

AI géén nieuw probleem, wel een wake-up call

“Machines were mice and men were lions once upon a time.

But now that it’s the opposite it’s twice upon a time”

nog altijd mijn favoriete quote van Louis Thomas Hardin, alias Moondog.

 

“Met de komst van artificiële intelligentie verdwijnt ons inschattingsvermogen en dat is gevaarlijk” is de wervende tekst boven een zoveelste "hot topic"-artikel dat ons de gevaren van AI probeert te duiden (DM 8 aug 2023, p. 3). Lovenswaardige poging maar klopt de bewering ook? Gelukkig bracht De Morgen enkele dagen eerder ook een interview met AI-expert Ann Nowé (DM 5 aug 2023, p. 10), die het AI-probleem in breder perspectief plaatste en er op wees dat AI al tientallen jaren in allerlei toepassingen gebruikt wordt. Nu, met de komst van tools als ChatGPT, een breed publiek toegang krijgt tot die technologie slaat de paniek plots toe… alsof het om een totaal nieuw probleem gaat dat uit de lucht komt vallen.

Om het meteen grof te schetsen: ons inschattingsvermogen wordt al sinds mensenheugenis op de proef gesteld. Wij hebben altijd moeten inschatten of wat men ons vertelde waar was, in welke mate informatie die met ons gedeeld werd gekleurd was en of daar eventueel bewuste manipulatie mee gemoeid was. Het probleem zit hem in het vertrouwen dat wij hebben in de verstrekker van de informatie (een persoon, instantie, autoriteit, medium,…) en onze kennis over hoe informatie tot stand komt. Dit geldt voor alle vormen van communicatie want de maker/zender van een boodschap kiest welke informatie hij brengt, hoeveel context hij daarbij geeft en de vorm waarin hij de informatie verpakt. Ook wanneer hij de informatie met de beste bedoelingen en naar bestvermogen zo correct mogelijk probeert weer te geven. Naarmate de samenleving in de loop der geschiedenis almaar complexer werd en daarmee ook de nood aan kennis/informatie om erin te functioneren, groeiden de mogelijkheden om de communicatie te manipuleren enerzijds. Anderzijds werden mensen ook steeds beter in het kritisch evalueren van de informatie die ze toe kregen, zij het dat enige mate van naïviteit toch altijd des mensen blijft.

Een bijzonder probleem doet zich voor met de ontwikkeling van de beeldtaal omdat ons brein is toegerust om beelden veel sneller en veel intuïtiever te lezen dan tekstuele boodschappen, meer vanuit de buik, zeg maar. Die snelheid betekent dat reflectie over de boodschap minder ruimte krijgt. Daarenboven hebben beelden veelal een zeer sterke emotionele impact. Niet voor niets lieten heersers doorheen de geschiedenis zichzelf en hun meest glorieuze momenten of symbolische mythes afbeelden door de kunstenaars die ze inhuurden. Toen in de 19de eeuw de fotografie ontstond kreeg die meteen het aura van venster op de wereld. Nu kon iedereen een waarheidsgetrouwe representatie van de werkelijkheid zien. Natuurlijk was dit een illusie maar het gevoel van bij het bekijken van een foto de werkelijkheid te zien is hardnekkig. Ook 200 jaar later hebben wij het nog steeds lastig om dat uit ons systeem te krijgen. Aan elk beeld dat ons wordt gepresenteerd liggen een hele reeks handelingen/beslissingen ten grondslag die het uiteindelijke resultaat deobjectiveren. Keuze van onderwerp, standpunt van de fotograaf, cadrage, precieze moment van afdrukken, keuze van negatieffilm of digitale gevoeligheid, keuze van papier en afdrukformaat,… allemaal elementen die mee de boodschap bepalen en kleuren. En dan heb ik het nog niet eens over de context waarin de beeldmaker zijn keuzes maakt, de omstandigheid waarin de toeschouwer een foto bekijkt, de eventueel meegeleverde titel of tekst die mee bepalen hoe een beeld geïnterpreteerd wordt en welke emoties die losmaakt. Als je dit complex vindt, bedenk dan dat het bewegende beeld (film) dit voor de consument ervan nog veel en veel moeilijker te beheersen maakt. En daarbovenop heeft dat bewegende beeld via televisie vanaf midden vorige eeuw stelselmatig onze privé-ruimte veroverd, zodat het ons denken voortdurend beïnvloed/aanstuurt. Tot daar voor wat betreft wat wij “de klassieke media” noemen.

Het artikel in De Morgen waarmee we begonnen stelt dan dat de traditionele media een verantwoordelijkheid hebben om ons te behoeden voor desinformatie want: “Zij zijn professionele factcheckers die betrouwbare informatie moeten produceren.” Tja, dit lijkt er van uit te gaan dat onze “oude” media totaal onproblematisch zijn waar het op waarheidsgetrouwe, onbevooroordeelde, “neutrale” informatiespreiding aankomt. Wij weten dat dit een illusie is. Wat niet weg neemt dat die media inderdaad een belangrijke rol kunnen spelen in het ontwikkelen van wat ik mediabewustzijn van het brede publiek noem. Maar er is een al minstens even belangrijke en wellicht nog veel efficiëntere speler die hier een enorme verantwoordelijkheid zou moeten in opnemen en dat is het onderwijs. Dat is een nagel waar ik al 40 jaar op klop in navolging van mediaonderzoekers als Marshall McLuhan (“the medium is the message”), Neil Postman (Amusing Ourselves to Death) en Len Masterman (Teaching the Media). Zij hadden het toen nog voornamelijk over de traditionele media maar in de jaren ’80 zagen we de digitale revolutie op ons afstormen en wisten we: het is nu om doen om onze en vooral nieuwe generaties voor te bereiden op de informatierevolutie die ons zou overrompelen. Ik stelde toen: als wij als samenleving de computer niet beheersen zal de computer ons wel gaan beheersen. Helaas hadden toen weinigen daar oren naar en al zeker de overheid niet.

Het probleem is niet AI an sich maar hoe wijzelf daarmee omgaan, net als altijd al het geval was met kranten, radio, televisie,... Ik zei al dat enige mate van naïviteit altijd des mensen blijft. En gelukkig ook: zonder verval je algauw in paranoia en cynisme en dat is het gif dat samenlevingen uit elkaar speelt. Daar profiteert dan weer de tribale antipolitiek van. Maar enig vertrouwen in mensen, overheden en de media die ons de nodige informatie bieden, hoeft niet te verzinken in onnozelheid. Burgers wapenen door ze al van op de jongste leeftijd mee te geven hoe media werken (inclusief sociale media en AI-toepassingen), welke technieken gebruikt worden om bepaalde boodschappen over te brengen en ideeën te verspreiden, hen leren zelf zo’n technieken te gebruiken (om ze al doende te leren doorzien), enz. is een begin. Daarnaast is het uiteraard ook uitermate belangrijk inzicht krijgen in wie de media bezitten, welke commerciële en politieke belangen gediend worden, enz. Het laatste decennium lijkt de nood aan begeleiding van burgers in de omgang met het steeds complexere, indringender en agressiever medialandschap eindelijk doorgedrongen. Getuige bijvoorbeeld de introductie van “mediawijsheid” als competentie in het onderwijs. Ik heb er geen zicht op hoe dat in de praktijk loopt maar het is al een stap. Voor de rest doet het moeilijke publieke debat over AI, tik-tok, fake-news, woke,… op termijn hopelijk ook de mist opklaren.

__________________

Marshall McLuhan: Understanding Media: The Extensions of Man, McGraw-Hill, 1964

Neil Postman: Amusing Ourselves to Death,  New York: Penguin, 1985

Len Masterman: Teaching the Media. Routledge, 1985

dinsdag 28 februari 2023

Zonder het Karmelietenklooster geen Gents Filmfestival

Deze tekst werd gepubliceerd in de Kleine Keizer Krant (Prinsenhof), januari 2023.

Weinigen beseffen het maar zo is het inderdaad. Het filmfestival is namelijk het geesteskind van Nederlander Ben Ter Elst die in de jaren ’60 als tiener van huis wegliep en een zwerversbestaan leidde. Door toedoen van 2 “vervangmoeders” belandde de dolende jongeling in het Gentse Karmelietenklooster (in de Prinsenhofbuurt) om er, onder de hoede van een zekere Bruno De Roeck, deel te nemen aan een alternatieve bijbelgespreksgroep: Diepgang. Of Bens zieleheil daar echt is gered en hij het licht heeft gezien, wordt niet verteld maar hij leerde er wel student André Posman[i] kennen, alsook Lieve Fevery. Zo geraakt Ben algauw ingeburgerd in de Gentse sien, ook al trekt hij nog jarenlang door Europa en Amerika. Eén constante begeleidt hem tijdens die tochten: zijn obsessie met film. Overal waar hij kan bezoekt hij bioscopen en dan vooral de art-house cinema’s. 

Stilaan rijpt het plan om het toen wat provinciale Gent te verrijken met ook zo’n culturele tempel, gewijd aan de 7de kunst. In 1970 starten een groepje ondernemende alternativo’s rond Dirk Liefooghe een culturele ontmoetingsplaats aan St. Anna (toen nog het Arteveldeplein) dat The One gedoopt werd.  Na de zomer van datzelfde jaar begon Ben Ter Elst daar films te vertonen en algauw werd de naam veranderd in Studioskoop. In januari 1974 lanceerde Ben de eerste editie van het Internationaal Filmgebeuren in cinema Select aan ’t Zuid. Een bescheiden 17 films stonden op de affiche maar van dan af zou het evenement jaar na jaar groeien tot het grote en gerenommeerde Film Fest Ghent vandaag. Dit alles zou er dus niet geweest zijn zonder ons buurtklooster waar Karmeliet Bruno De Roeck zijn zingevingbijeenkomsten hield.

Dit jaar vieren we 50 jaar Gents Filmfest/Gebeuren.

Deze foto dient een titel te dragen:
"Ode aan amateurisme en durf."
 

Daar mag Ben dit jaar toch nog eens extra in de bloemetjes voor gezet worden. Toch spannender tijden dan het afgelikte society gebeuren waarmee Gent vandaag op de kaart van filmland staat. En misschien is 50 jaar dé gelegenheid dat bij enkele ontsnapten uit de kudde het idee voor een OFF-gebeuren rijpt. Anyone?


[i] André Posman, leraar geschiedenis op rust en o.a. initiatiefnemer van concertzaal De Rode Pomp, vertelt dit verhaal uitgebreid in Skopiumschuivers, uitg. Snoeck 2017.

 

zaterdag 22 oktober 2022

Time is... money inleveren als je carrière erop zit,
maar ook...

Katia had nog nooit muffins gemaakt. Niet dat ik de indruk had dat ze dit als een groot gemis ervoer maar nu overkwam haar een onvermijdelijke bron van gemengde gevoelens: opruststelling ook wel gekend als pensioen. Tijd voor een nieuwe uitdaging, dacht ze en deze ochtend was het zover. Vanmiddag mocht ik als eerste een huisgemaakte muffin bij mijn koffie sampelen (engels voor monsteren, maar wie kent dat nog). Dat is dan een 10. Oogt ook mooi op de koffietafel. 


Maar waar ik het vandaag eigenlijk wil over hebben is... TIJD. Waar denk je aan bij dit eigenlijk abstracte begrip? Pensionering heet een mijlpaal te zijn en is dus geassocieerd met de voortschrijdende tijd die ons leven van begin tot einde begeleid, voortstuwt, stresseert,... Maar tijd is natuurlijk ook wat de kalender en het uurwerk aangeven en dus niet meer dan een afspraak. Al eens de wereldbol erbij gehaald om te zien hoe die afgesproken tijd in 24 uur de aarde helemaal rond draait? En waar vertrekken we? Juist: Greenwich, het universele nulpunt want vastgelegd toen onze Engelse vrienden dachten dat ze het middelpunt van het universum waren (velen denken het nog). Nu ja, er zijn wel meer historische anomalieën waarmee te leven valt, eigenlijk maakt het vandaag geen zier uit... als het werkt. Het is het praktisch. 

Wij weten dat het 12 uur op de middag is als de zon op het hoogste punt staat. Althans, de mensen in Greenwich weten dat want als de zon hier het hoogste punt heeft bereikt moet London nog wel meer dan 10 minuten (ik schat het maar op zicht) wachten om dat te vieren. Om evidente praktische redenen hanteren we niet het moment dat de zon boven onze eigen lokale hemel hoog staat als ijkpunt om onze klok gelijk te zetten maar spreken we een gezamenlijk moment af voor een hele regio. Dat is handig. Hoewel wij maar een 10-tal minuten van Greenwich verwijderd liggen, sluiten wij aan bij de groep landen die Greenwich Mean Time (GMT) +1 hanteren. Als we kijken naar onze huiskamerwereldbol dan zien we dat dit (niet toevallig) de Berlijnse tijd is (dat is de eerste van de 24 meridianen waarmee we de aarde zoals een mandarijn in partjes verdelen. Berlijn ligt meer dan drie kwartier van Gent verwijderd. Op zich niet zo erg, het praktische nut van deze conventie verantwoordt die keuze. Dat de zon hier pas rond pakweg 12 voor 1u 's middags haar hoogtepunt bereikt, daar valt mee te leven. Berlijn ligt nog bijna op steenworp afstand van Gent, zou je kunnen stellen... alles is relatief nietwaar. Onze biologische klok kan dat wel aan dus tot zover geen probleem. 

Maar mensen die over zulke dingen hun zeg hebben -beleidsmakers, zeg maar- lijken het lastig te hebben om goeie afspraken tot nut en vermaak van iedereen hun werk te laten doen. Aangevuurd door allerlei duistere belangen, die niet noodzakelijk de belangen van de modale burger zijn, hebben ze ooit (in 1978, dacht ik) beslist om in de zomer GMT +2, zijnde het Oekraïense uur, te gebruiken. Dat is niet meer naast deur: als Zelensky zijn klokkentoren in Kiev 12 keer hoort bimbambeiëren, doen wij dat ook. Zoals wij ondertussen weten ligt Kiev voor een jeugdige persoon van mannelijke kunne op een plasstraal van Poetintijd. Een toch wel extreme vorm van solidariteit die enkel in de zomer wordt opgelegd. Die biologische klok, daar wordt hooghartig een middelvinger naar opgestoken. Die moet zich 2 keer per jaar aanpassen, er gelden nu eenmaal andere belangen. En wat met de energiebesparing die je scoort met dat zomeruur, hoor ik iemand vragen. Dat blijkt een fabeltje te zijn dat al jaren is doorprikt. In veel gevallen is die winst miniem of zelfs onbestaande en daar waar een verschuiving in energieverbruik wel nuttig zou kunnen zijn, kan je dat per geval gewoon zelf aanpassen. Zoveel money is tijd dus ook weer niet. 

Ondertussen blijft de jaarlijkse discussie hierrond doorgaan en hoewel de Europese geesten tegenwoordig in ruime meerderheid gewonnen zijn voor de afschaf van dat gedoe met uurwerken en klokken 2X per jaar, wordt die omslag jaar op jaar uitgesteld omdat een deel van de kiezers, ook in België, liever permanent in Oost-Europese tijd zouden leven dan in Midden-Europese. Reden? Het illusoire maar wellness bevorderende idee van dan altijd in de zomer te leven. 😵 en nu gij! (En toens ikke were)

https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/thumb/a/ad/Standard_time_zones_of_the_world.png/1500px-Standard_time_zones_of_the_world.png

zaterdag 27 augustus 2022

Woke is een lege doos

 Naar aanleiding van de boekverbanning van Winnetou (in de boeken van Karl May) in Duitsland en Nederland waarop een vriend me via zijn FB attent maakte, reageerde ik met dit:

Woke'jes hier, woke'jes daar, woke'jes links, woke'jes rechts, woke'jes averechts. Woke is een lege doos die elkeen, met goede of met slechte bedoelingen, naar eigen behoeften kan opvullen om het eigen gelijk in ieders strot te stampen en onwilligen af te straffen. 't Es pertang nie moelijk!


 

In bovenstaand filmpje gaat het slechts enkele minuten over woke-ism maar het volledige interview, waarin creativiteit centraal staat, zet duidelijk de context waarin ons probleempje moet gezien worden.

Zal ik nog eens wat vertellen? 


Want dat is wat aan de hand is. Actuele uitingen van racisme, seksisme, misogynie, uitbuiting en identiteitspolitiek mogen en moeten bestreden worden. Er mag best aan historisch-in-perspectief-zetting gedaan worden. Onze soort excelleert al millennia in het elkaar vernederen, verraden, uitbuiten en de kop inslaan. Dat ga je niet uitwissen met alweer een nieuwe boekverbranding. Iconoclasten hebben op gezette tijden hun woede en frustratie kunnen bekoelen maar de geesten fundamenteel veranderen? I don’t think so. Identiteitspolitiek is rechtse politiek, ook als ze van links komt. En vooral: iedereen blijft met zijn fikken van mijn brein en dus ook van mijn taal, om maar iets te noemen.


zaterdag 18 juni 2022

Identitaire leegte

Ik las een tekst van Eddy Bonte over leegte die overal wordt opgevuld met lawaai, ongeacht of mensen daar behoefte aan hebben of zich daaraan zouden kunnen storen.

https://m.facebook.com/story.php?story_fbid=2034464353428286&id=100005942230517

Ook al omwille van de vreemde omgeving waar ik nu enkele weken verblijf liet ik me hierdoor meevoeren in volgende gedachtengang.

Leegte opvullen: het zit in onze genen. Wij willen weten, zijn nieuwsgierig. Wij willen doen, beleven, voelen, LEVEN. Ergens naar toe. Een doel om voor te leven! ‘t Is van alle tijden. Vaneigens. Alleen, als dat opvullen en vooral het publiekelijk demonstreren ervan de kern van je identiteit wordt, kan het problematisch worden. 

En problematisch is het al lang… steeds meer. Vooral wanneer zelfs het opvulsel er niet meer toe doet en alleen het schaamteloos tonen van de leegte voldoening lijkt te geven. Alle sociale media leven er van. De traditionele media trouwens ook meer en meer. Lawaai maken in de openbare ruimte, je lijf vol tattoos laten zetten, de Mont Ventoux op fietsen, jezelf installeren als influencer,... allemaal hetzelfde verlangen naar hetzelfde gevoel: IK BESTA! Een onverzadigbare markt die gretig wordt aangeboord… geëxploiteerd door commercie en politiek. 


Politiek? Hoezo? Ging het dan niet om hoogst individuele belevingen (zij het dan in het openbaar)? Welja, ook dat is politiek. Kijk maar hoe partijen allerlei subcultuurtjes proberen te bedienen, naargelang het aantal “volgers” die ze kunnen aantrekken. Wij noemden dat recuperatie. ‘t Is, zoals gezegd, van alle tijden. Het probleem (politiek dus) is niet het groeiende aantal van die subs. Diversiteit hoeft op zich geen probleem te zijn. Zolang de cultuurtjes elkaar respecteren, in gesprek kunnen gaan over elkaars bewegingsvrijheid (altijd een lastige onderhandelingsoefening) en zolang ze niet tegen elkaar opgezet of uitgespeeld worden om plat politiek gewin. Hoewel ook de grote traditionele partijen in dit opzicht zeker geen zuiver parcours gereden hebben, denk ik nu natuurlijk vooral aan VB en NVA die het identiteit zoekende individu schaamteloos bedienen met historische identitaire opvullingen van denaldi en daar al even schaamteloos vijandbeelden aan verbinden. 


Terug naar het begin (opvullen van leegte en identiteit). Toevallig verblijf ik hier in Palm Springs, een woestijnstadje op 150 km van Los Angeles. Het zal wel een gemeenplaats zijn maar alles is hier extreem. De laatste weken gaan de temperaturen van 100°F tot 110°F (43°C) en deze zomer gaat daar nog een schepje bovenop. Bij het binnenkomen van de stad rij je door een windturbinepark dat groter is dan de totale Belgische Noordzee Ontwikkeling. Maar goed want leven zonder airco is ondoenlijk. De levensstandaard valt wellicht te vergelijken met die van Knokke en Sint-Martens-Latem. Tezelfdertijd laveren hier honderden daklozen prominent doorheen heel het drukke centrum. Als Californië de staat is waar LGTB+ thuis is dan geldt dat dubbel voor Palm Springs en dat zie je. Niet alleen door het aantal gaybars en -events maar ook gewoon op straat waar iedereen erbij loopt zoals ie is, of eerder zoals ie zich wil tonen. Zo zitten we terug bij identiteit. Bezig zijn met identiteit, in elke conversatie de focus op het eigen leven proberen vestigen, is opvallend normaler dan wij in België zelfs vandaag gewoon zijn. Iedereen lijkt zich voortdurend te moeten bewijzen. Samengevat: vreemde wereld. Of wereldvreemd? Je krijgt hier nogal wat ethische vraagtekens te verwerken. En toch…


Wat opvalt is dat in alle diversiteit heel die gemeenschap samen en met elkaar leeft. Extreem rijken, daklozen, locals en toeristen, de grote meerderheid aan democraten en de Trump-supporters die je nu en dan ontmoet (en er worden wel degelijk forse standpunten ingenomen), alle soorten gender uitingen,... die hele mix schijnt weinig of geen aanleiding te geven tot conflict. Wat die laatste groep betreft heb ik op geen enkel ogenblik een probleem gemerkt met de verschillende gender identiteiten en hoe die willen behandeld of aangesproken worden. Hier is het van elk zijn gedacht, toch één zaak waar Palm Springs lijkt vooruit te lopen op de wereld die wij kennen.